maandag 5 oktober 2009

Zondag, 4 oktober 2009
Goeie morgen, lieve lezers, schrik niet, het is half vijf in de ochtend en ik zit al achter mijn computer. Thuis zou ik daar niet aan moeten denken, maar hier is álles anders. Ik ben al om 9 uur gisterenavond als een blok in slaap gevallen en werd om vier uur wakker. Sindsdien lig ik te denken aan de drie dagen achterstand die ik alweer heb opgebouwd in mijn verslag, en heb toen maar meteen de koe bij de horens gepakt. Ben slaapt nog, buiten is het 16 graden volgens de torenflat die ik vanuit mijn slaapkamerraam kan zien, en ik zit in mijn nachthemd met een vestje eroverheen. Nee, de airco is bepaald niet nodig op dit gedeelte van de reis. Het was 12 graden toen we donderdagochtend rond 11 uur aankwamen! Voor het eerst slapen we in een hotel, want Agnes woont in een mini-flatje en heeft geen logeerruimte voor drie man. Agnes Vercauteren en Ben Hakvoort behoorden bij de eerste vrijwilligers die Brasil op weg in 1976 uitzond. Ze gingen naar Turvo in het Zuiden van de staat Paraná, waar een Nederlandse pater, Jan Barendse, zijn sociale missiewerk was begonnen en wel wat hulp kon gebruiken. Agnes en Ben, beiden met een landbouwachtergrond, hebben er wonderen verricht. Hij met de kleine boeren, zij met de vrouwen. Ze hebben er een coöperatie opgericht voor gezamenlijke productie en verkoop, zijn een groente- en fruitmarkt begonnen, die tot op de dag van vandaag floreert, richtten er een afdeling van de vakbond op en zetten de vrouwenbeweging in gang. Ze adopteerden een Braziliaanse zoon en een dochter en hebben hun hart aan dit land verpand. Helaas is Ben in 1997 overleden. Agnes, Vlaamse van geboorte, heeft haar werk, ook op landelijk niveau in de beweging van de familiale landbouw en met name de rol van de vrouw daarin, voortgezet. Haar dochter woont nu met man en twee kleinkindjes in de boerderij in Turvo die zij en Ben als een soort van modelboerderij in de streek waren begonnen, en Agnes heeft een lief klein appartementje op acht hoog midden in de stad Curitiba, de hoofdstad van de staat Paraná, op 300 km van Turvo. Curitiba is de meest zuidelijke stad die we op deze reis bezoeken. Het is een grote stad, 1.8 miljoen inwoners, maar een prettige stad. Met mooie straten en pleinen, fraaie oude gebouwen, meerdere groene kernen (ik geloof wel 30 parken en parkjes) en veel invloeden vanuit Europa. Vooral Duitsland, Polen, Italië en Oekraïne zijn hier, nog steeds, in cafés, restaurants en parken duidelijk aanwezig. Enkele jaren geleden heeft een burgemeester flink de bezem door de stad gehaald en dat heeft Curitiba het predikaat gegeven van de schoonste stad van Brazilië. Ze proberen ook de meest ecologische stad te zijn. De bevolking is er minder zwart dan b.v. in São Paulo, ook daarin is de Europese invloed vanaf einde 19e eeuw toen de grote stroom immigranten begon (de huisjes en kerk in b.v. het Poolse park in de stad dateren van 1870!) nog duidelijk zichtbaar. Agnes haalde ons van het vliegveld. De vlucht had minder dan een uur geduurd, terwijl de bus er zes uur over gedaan zou hebben! Een Boeing 737 van Gol/Varig, die vanuit São Paulo op weg was via Ascensòn (hoe schrijf je dat??) in Paraguay naar Buenos Aires in Argentinië, en een tussenstop maakte in Curitiba. Dankzij het internet hadden we voor nog geen 30 euro een stoel kunnen bespreken op deze vlucht! Zoals gezegd was de temperatuur 12 graden, maar het was droog en, -uiteindelijk zitten we in Brazilië en niet ergens in Nederland-, zou later op de dag de zon te voorschijn komen en het al gauw toch weer boven de 20 graden zijn. Agnes nam ons mee naar haar flat, trakteerde ons op koffie met taart en had een heerlijke pot Hollandse snert gemaakt. Mét toegevoegde verse kruiden, want dat is een specialiteit die ze in Turvo was begonnen. Keukenkruiden en geneeskrachtige kruiden kweken. Daarna inchecken in het hotel, helaas met een te zwakke draadloze internet-verbinding, maar wel met een ontbijtbuffet èn een “café colonial”, een avondbuffet met twee soepen en de nodige hartige en zoete hapjes die bij de prijs zijn inbegrepen. En dat is weer eens iets aparts dat we nog niet hadden meegemaakt. Agnes is een buitenmens, houdt van groen, van bloemen en van vogels, en nam ons die middag mee naar de botanische tuinen van de stad en een van de vele parken. De lente is net begonnen en voor het eerst zag ik kieviten van dichtbij. Hier heten ze ‘quero-quero’ (= ik wil, ik wil), zijn iets steviger dan de onze en staan iets hoger op hun poten. Prachtige vogels, die al aan het broeden zijn. Stel je voor, Leny, Ma Kievit in haar kuiltje in de grond bovenop een kortgemaaid gazon, als schietschijf midden in het veld en Pa Kievit op hoge stelten wandelend tussen de keurige opgeschoren heggen, zich weinig aantrekkend van de passerende toeristen. Ik heb hem, net als in Holland de meeuwen doen, met één poot zien stampen op de grond om de insecten te verleiden! Verder waren er in het park merels met een oranje borstje, ongevlekte lijsters en een paartje gele kanaries die aan de waterkant zaten te ‘snekken’. En schildpadden in de vijver, die hier niet vanuit het riool zijn binnengespoeld! Het was een heerlijke ontspannen “middag buiten” na de steenmassa’s van São Paulo. Na het ‘koloniale buffet’ zijn we even wezen wandelen in de omgeving van het hotel. Vlakbij was een shopping centre, zoals we dat nog maar zelden hadden gezien. Zelfs Ko, die in zijn arbeidzaam leven zowat de hele wereld heeft afgereisd, was onder de indruk. Het was een oud treinstation dat was omgebouwd tot winkelcentrum. Het centrale plein was één groot terras waar honderden mensen hun drankje of hapje zaten te verorberen vanuit tientallen verschillende fastfood eettentjes vanuit alle windstreken. Als je thuis probeert een beetje gezond èn ‘duurzaam’ te eten, slaat de schrik je wel om het hart als dit een wereldwijd toekomstbeeld is……. Wezen jullie in Tilburg maar blij dat het plan voor zo’n centrum ergens buiten de stad, is afgewezen! Ben en ik vinden het maar niks. Tussen de vele modeboetieks bevond zich ook een prachtige boekwinkel. We wandelden er naar binnen uit nieuwsgierigheid en liepen zowat op tegen een kelner met een blad met glaasjes. Wat bleek? Er was een lancering van een nieuw boek aan de gang en aan alle bezoekers die voor een handtekening van de schrijver waren gekomen, werd een feestelijk glaasje aangeboden. We schoven ons tussen de gasten en namen het glaasje in dank aan……. Het was een prima kwaliteit witte wijn die we, zoals jullie zult begrijpen, op de gezondheid van de ons onbekende schrijver goed hebben laten smaken! Zo val je nog eens met je neus in de boter. Intussen probeerde Ben zijn boek te slijten aan een van de verkopers, maar daarvoor moesten we toch echt een afspraak maken met de inkoopafdeling en die zat in een ander gebouw.
Vrijdagmorgen stond Agnes om kwart voor acht voor het hotel. Om acht uur was een ontmoeting gepland, mét ontbijt, met een achttal mensen vanuit de sociale bewegingen hier in de stad. Allemaal mensen die op hun manier bezig zijn vooruitgang te bewerkstelligen, hetzij bij de vrouwen, hetzij bij de kleine boeren, hetzij bij de jeugd. Het ging om wederzijdse kennismaking en afstemming van ideeën, waar bij de avondbijeenkomst de nadruk op zou moeten worden gelegd. Zeker twee uur werd er gesproken. Er wordt hier al veel gedaan aan vorming, maar ons project Temos Direitos zou een nieuwe impuls voor de bestaande cursussen kunnen zijn. De groep heeft belangstelling voor de mogelijke hulp vanuit Nederland en gaat er verder over nadenken. Een van de aanwezige vrouwen, Ana Inez, leidde ons daarna rond door het kantoor van Cefuria, een van de vormingscentra die met steun vanuit o.a. Misereor in Duitsland een goed georganiseerd kantoor hebben opgezet. Met bibliotheek/documentatiecentrum en een studio met mogelijkheden voor video-opnamen e.d. We waren onder de indruk. Alles lijkt hier beter georganiseerd en iets professioneler van aanpak dan in het Noordoosten. Daarna wandelden we samen met Agnes door het oude centrum van de stad en genoten op een lief binnenplaatsje met veel groen achter een oud Portugees pand van een drankje en een eenvoudige spaghettimaaltijd. Vervolgens deden we een tukje in het hotel, om rond 3 uur weer fit in de auto te stappen op weg naar de TV-studio van TV Educativa, waar we om 4 uur verwacht werden voor opname van een interview. Pas om kwart over vier kwam iemand ons ophalen voor een voorgesprekje om wat details door te nemen, zoals b.v. onder welke naam Ben genoemd wilde worden. We besloten dat “missionaris en schrijver” het beste de lading dekte. Daarna verscheen Fabiola ….., sorry verdere naam vergeten, een niet onaardige blonde schone, die het interview zou houden en na nog een korte babbel verhuisden we gezamenlijk naar de opnamestudio. Leuk, leuk, leuk! Twee cameramannen, een ‘auto-cue’ (of hoe heet zo’n ding precies?), kleine microfoontjes die aan de kleding werden bevestigd, een visagiste met kwast en make-up, en om tien over half vijf begonnen de opnames van het gesprek. Agnes en Ana Inez waren ook in beeld, maar Ben en zijn boek waren de hoofdmoot van het interview. De opnames duurden 45 minuten. Pas later hebben we begrepen dat TV Educativa een landelijke zender is en dat dit interview ook landelijk (!) zal worden uitgezonden, en wel op woensdagavond a.s. om half elf Braziliaanse tijd. Voor wie het ervoor over heeft, het zal tegelijkertijd ook te zien zijn op www.rtve.pr.gov.br/modules/programacao/tv_ao_vivo.php
maar dan zul je wel de wekker moeten zetten, want half elf plaatselijke tijd zal bij jullie vijf uur later zijn, dat is dan donderdagochtend half vier, als ik het goed heb.
Om 7 uur ’s avonds zaten we alweer klaar, mét onze powerpoint, om een voordracht te geven aan mensen uit de sociale beweging in Curitiba. Zo’n 25 man waren er gekomen en het werd weer een heerlijke avond. Ben was weer helemaal op toeren, maakte er wederom een vrolijke show van waarbij veel werd gelachen, maar ook veel geknikt, ten teken dat mensen het eens waren met Ben’s observaties van de Braziliaanse samenleving en wat eraan zou moeten gebeuren om deze te verbeteren. Er gingen negen boeken over de tafel, mét persoonlijke opdracht en handtekening, en dat was ook niet slecht. Na afloop was Ben nog niet stuk te krijgen en op zijn initiatief bezochten we nog een terrasje in het oude stadscentrum voor een afzakkertje. Pas rond middernacht rolden we ons bedje in, moe en tevreden over het verloop van de dag. Zaterdagmorgen ontbeten we in alle rust en kwam Agnes ons pas tegen half elf halen. Eerst naar het treinstation (er is een oude spoorlijn voor goederenvervoer van en naar de haven en tegenwoordig loopt er ook een toeristisch treintje dat ons werd aanbevolen) om kaartjes te kopen voor de volgende dag. En passant vertelde ze over het busvervoer in de stad. Curitiba heeft een uniek systeem van oranje bussen binnen het hart van de stad en grijze bussen in de periferie, die op elke halteplaats niet alleen het gewone bordje bushalte hebben, maar een complete grote ronde glazen tunnelachtige wachtruimte, verhoogd van de straat, met tourniquet, waar je als in een soort van mini-métrostation je kaartje koopt en bij aankomst van de bus via een uitklappende treeplank zo kunt instappen. Dit systeem schijnt hier te zijn uitgevonden en is enig in zijn soort in de wereld, zeggen ze. Elke halte ziet er in elk geval indrukwekkend uit. Daarna reden we naar de inkoopafdeling van de Livraria Curitiba, die in Zuid-Brasil 16 vestigingen heeft. Helaas nemen ze alleen maar boeken in consignatie aan en daar wilden we eigenlijk toch liever niet aan beginnen. Hoe houden we dit allemaal administratief bij? En op welke rekening moeten zij naderhand de opbrengst storten? Pas als we dit probleem hebben opgelost, willen we overwegen bij erkende boekhandels boeken in consignatie neer te leggen. Toegegeven, er liggen er al een paar op verschillende plekken, maar het lijkt ons toch beter dit een halt toe te roepen totdat we een goede oplossing hebben gevonden voor de distributie en administratieve afwikkeling. Daarna nam Agnes ons mee naar huis waar we onze laatste emails konden lezen en we een lekker potje zuurkool voorgeschoteld kregen. We hoorden toen ook het verhaal dat haar zoon Frederik die ochtend vlak bij de school waar hij een weekendcursus volgt, van zijn telefoontje is beroofd. Drie gewone, keurig uitziende jonge mannen vroegen hem hoe laat het was. Hij draagt geen horloge, dus haalde hij zijn telefoontje uit zijn zak. “Mooie telefoon heb jij! Geef die maar hier!” Tegelijkertijd voelde hij hoe ze onder hun jack een wapen in zijn zij duwden. Onder dreigementen dat hij niet mocht omkijken of om hulp roepen, verdwenen ze alledrie in een andere richting, nadat ze ook nog de paar centen uit zijn portemonnee hadden gepikt en zijn pinpassen verscheurd. En dit gebeurde op klaarlichte dag gewoon tussen de mensen in de straat!
Na de lunch volgden we een van de vrouwen van de bijeenkomst van de dag ervoor, Carminha, die ons voorreed naar een ‘assentamento’, een flink eind buiten de stad. Een assentamento is een dorpje van voormalige landlozen die door ‘bezetting’ tien jaar geleden een stuk grond in gebruik hebben genomen en er voor eigen voedselproductie zijn gaan boeren. De bezetting betrof een stuk grond van 3000 hectare van een voormalige fazenda, ooit eigendom van een baron. De gebouwen die erop staan zijn in de 19e eeuw door slaven gebouwd. Na de baron was de fazenda eigendom van een firma die keramiek en porcelein produceerde, in financiële moeilijkheden kwam en het terrein had moeten verlaten wegens grote belastingschulden. De MST (= Movimento Sem Terra, de Beweging van Boeren Zonder Land) kreeg hiervan lucht en met vele families, niet alleen vanuit de streek, maar vanuit vele delen van heel Brazilië, bezetten ze de fazenda. Door goed onderhandelen met de regering wisten ze vier jaar geleden de eigendomspapieren van de grond te verkrijgen en nu is het een dorp, Contistado geheten, met 108 families die in kernen van vijf families bij elkaar wonen en samen van alles produceren voor hun eigen levensonderhoud en voor de verkoop. Ze hebben samen een boerenvereniging en een vrachtautootje om hun waren te kunnen afleveren, want ze wonen wat afgelegen en de weg erheen is niet al te best. Het dal van de rivier de Iguaçu, bekend van de grote watervallen op het drielandenpunt Brasil-Paraguay-Argentinië, ligt vlakbij en door de vele regen van de laatste tijd was deze ver buiten haar oevers getreden en liep bijna over de toegangsweg heen. Een punt in hun voordeel is dat de regering Lula de boeren van de zgn. ‘familiale landbouw’ –en dat zijn deze gezinnen allemaal- de mogelijkheid biedt, als onderdeel van het programma ‘Fome Zero’ (= de Honger op Nul!), hun producten tegen vastgestelde prijzen te leveren aan scholen en instellingen, waardoor ze verzekerd zijn van een afzetgebied, en dus van een inkomen. 36 van de gezinnen boeren al biologisch; 45 hebben een bedrijfje in omschakeling, en de overige 27 werken nog traditioneel. Er draait een schooltje nu voor het vierde leerjaar. En het belangrijkste, een landbouwschool in opbouw draait er voor het derde jaar. Deze landbouwschool is iets bijzonders. Er zijn er maar drie van in het hele land. Ze geven onderricht in landbouw en veeteelt die rekening houdt met het milieu en leren de jongelui ecologisch te denken en te handelen. Er zijn 33 leerlingen, uit vele windstreken van het land, en enkelen komen van over de grenzen uit Argentinië en Uruguay. Jongens èn meisjes, wat ook al bijzonder is. Ze zijn een behoorlijke tijd intern en gaan daarna voor enige tijd naar huis om het geleerde thuis bij hun ouders in praktijk te brengen. We waren onder de indruk en vonden het een school met toekomst! De lessen worden gegeven door ervaren leraren van de universiteit die naast een vaste aanstelling op de uni als vrijwilliger in Contestado komen werken! Wat mij betreft, is dit hele dorp een mooi voorbeeld van hoe de Reforma Agraria, de ruilverkaveling, in zijn werk zou kunnen gaan. Ons bezoekje werd luidruchtig verstoord door een knetterende onweersbui, maar daarvan scheen niemand last te hebben. Door deze flinke bui was de weg terug beduidend slechter, maar we kwamen er goed doorheen. Toen ik zei dat Agnes haar Peugeotje wel een schouderklopje mocht geven als we weer thuis waren, zei ze doodleuk: “Dan had ‘ie er maar niet voor moeten kiezen auto te worden!” Pas na donker waren we weer in de stad en besloten meteen door te rijden naar het hotel. Met een hapje van het koloniale buffet in de maag, ging Ben aan de computer voor zijn verslag in het Portugees en viel ik dus, zoals hierboven al gezegd, als een blok in slaap.
Intussen is het zondagavond geworden en rest mij het verslag van de dag van vandaag. Een bijzondere dag. Om half acht wandelden we voor een toeristisch treinreisje naar het station. Een 18-tal oude treinwagons stond gereed voor een ritje in de goedkope klasse (met ongestoffeerde stoelzittingen en verder niets); de middeldure klasse (met een hapje en een drankje en uitleg in het Portugees), en de dure klasse (met volledige gratis bediening en uitleg in meerdere talen). We hadden gekozen voor de middelste klasse, want ruim drie uur op een harde plastic zitting leek ons ook niet zo aantrekkelijk. Curitiba ligt op een hoogvlakte van 900 meter en ons treintje moest afdalen in de richting van de zee. Het werd een prachtige tocht door een bergmassief heen van tropisch regenwoud met watervallen, diepe ravijnen, tunnels en spectaculaire spoorbruggen. De bergen waren hier tot 1500 meter hoog en tot op de toppen één groot groen tapijt. De tocht was 68 km en het treintje tufte met een rustig gangetje van misschien 20/25 km per uur door het bijzondere landschap. Misschien net iets te snel voor mooie foto’s, maar er zullen er vast wel enkele goed gelukt zijn. We hebben bij aankomst een DVD gekocht, omdat ik deze rit thuis nog wel eens wil beleven! Op sommige plekken was de natuur van een zodanige schoonheid dat je de tranen in de ogen sprongen. En dan de planten. Een variatie aan bomen en struiken in vele kleuren groen, met klein en groot blad, met lange afhangende luchtwortels, met de eerste lentebloemen, met bromelia’s en orchideeën tegen en op de stammen geplakt, met kleine, grote en supergrote varens, met hortensia’s en bloeiende vlijtige liesjes, en ga zo maar door. Ik vond het fascinerend en heb er intens van genoten. Er vloog nog een helblauwe vlinder voorbij, anderhalf keer zo groot als onze koninginnepage. En nog een paartje felgele, ook behoorlijk aan de maat. Eén groot feest was het! Bij aankomst aan het andere eind wachtte Agnes ons op met de auto en samen reden we naar Antonina, een dorp aan een baai, waar ooit de staat Paraná begonnen was. Er waren nauwelijks toeristen op deze toch wel mooie zondagmiddag, waardoor de rust die uitstraalde van de baai volkomen was. Met zijn kleine vissersbootjes, een enkele reiger, en een stel aalscholvers op de rotsen, was ook deze plek weer zoiets moois, dat je er gewoon een uurtje had kunnen mediteren. Het berglandschap aan de overzijde maakte het beeld compleet. Prachtig! Ja, het was vandaag oprecht genieten van de schoonheid van de natuur. We kozen een restaurantje met zicht op het water en mijn drie maatjes deden zich tegoed aan een maaltijd van zeebanket. Hoe kan het anders zo dicht bij de zee gezeten? Ikzelf heb de mosseltjes, krab en oesterachtige hapjes aan me voorbij laten gaan. Dat is nog steeds niet mijn favoriete eten. Vanaf het terras maakte Agnes me attent op een vogelnest gebouwd boven op een elektriciteitspaal van een vogel die hier heet ‘João de barro’, Jan met de modder, omdat hij een soort van iglo bouwt van modder. Met een schuine ingang, zodanig handig gebouwd dat het er nooit kan inregenen! Leuk, leuk, leuk, het kan niet op vandaag! Na de lunch belandden we in het oude deel van het dorpje Antonina. Boven op de heuvel staat een kerkje dat de baai overziet en omdat het vandaag 4 oktober is, feest van de H. Franciscus, en dus werelddierendag, stond er een pater buiten in de deuropening, met stola om de schouders, in afwachting van de huisdieren die op deze dag gezegend kunnen worden. Enkele hondjes viel deze traditionele eer te beurt, maar ze vonden het water dat vanuit het spuitbusje van de pater op hun snuit kwam, gewijd of niet, toch niet zo erg lekker. Vroeger deden de paters dat volgens mij met een wijwaterkwast, maar deze vond een spuitbusje kennelijk gemakkelijker. Rond de ingang van de kerk liep een ‘urubu’, een kleine zwarte gier, waarvan er overal in Brasil zeer vele rondscharrelen om zich tegoed te doen aan de viezigheid op straat. Deze urubu bleek volledig mak te zijn. Hij hoorde ergens thuis in de wijk, maar gaf er de voorkeur aan telkens naar het kerkplein te komen, bij voorkeur als er een H. Mis aan de gang was. De pater was er al helemaal aan gewend en had ook een stuk rauw vlees bij zich waaraan de vogel zich tegoed deed. Daarna dronk hij ook nog eens uit het bekertje (wij??)water dat hij bij zich had. We maakten een grapje over deze Roomse vogel die op zijn manier katholiek was geworden en ter communie ging. Enfin, lachen is gezond en sinds Ko een artikel had gelezen dat je minstens twintig minuten per dag moet lachen, hebben we daar flink aan gewerkt deze reis…….En deze urubu hielp daaraan aardig mee! Terwijl Agnes over de hoofdweg was gekomen, namen we de toeristische route terug naar Curitiba. Het was even een toer om de juiste weg te vinden, maar Agnes liet zich niet weerhouden en koos een weg over de berg heen die in Rucphen in de wintertijd niet zou misstaan. Met gaten en modder, en dan ook nog eens steil omhoog en daarna weer omlaag. Maar zoals gezegd, haar Peugeot mocht eens te meer bewijzen dat ‘ie graag ‘auto wilde zijn’….. De toeristische route was ooit de handelsroute vanuit het binnenland naar de kust toe en slingerde zich door een berglandschap en een prachtig natuurgebied heen. Ergens stopten we en beseften toen pas goed dat we hier midden in een tropisch regenwoud stonden. Misschien zijn de soorten bomen in het Amazonegebied anders, want de temperatuur is daar veel hoger dan hier, maar de wijze zoals de natuur zich hier manifesteert, is volkomen vergelijkbaar met het regenwoud dat de longen van onze aarde is. Op de plek waar we stopten, kruiste de weg een met keien belegd voetpad dat in de 16e eeuw is aangelegd door slaven. Het pad is 35 km lang, klimt langs de hellingen omhoog en is recentelijk geheel gerestaureerd. Het vormt nu een attractie voor wandelaars. Ook Agnes hoopte de wandeling nog dit jaar te maken!Terwijl Ben bij de auto bleef –hij toonde voor het eerst enige tekenen van vermoeidheid!- liepen Agnes, Ko en ik het pad een stukje op. Spectaculair! Hier te staan, tussen de vele groene bomen, de varens, de hoge bamboe, de reuzenficus, de bromelia’s, en ga zo maar door, was haast niet te vatten. Op afstand hoorden we toekans schreeuwen (wist Agnes ons te vertellen!), die we kort tevoren vanuit de auto al hadden zien vliegen. Het was wel voorzichtig lopen, want de keien waren glibberig door de regen van de laatste dagen, maar we brachten het er alledrie zonder kleerscheuren af. Helaas had de hoge vochtigheid lage wolken gecreëerd en de rest van de autorit hebben we door de mist gereden. Maar dat gaf eigenlijk een nog mysterieuzer sfeer aan het geheel. Het werd een prachtige afsluiting van een bijzondere dag. En daarmee van ons bezoek aan Curitiba. Dankzij Agnes Vercauteren was ons verblijf hier weer een hoogtepunt op onze tocht door Brasil. Dank je wel, lieve Agnes. We hebben genoten. Ook Ko heeft het erg gewaardeerd. Ik was vergeten te vertellen dat Agnes en Ko elkaar al jaren kennen. Ko’s zus Nel is nl. getrouwd met een broer van Ben Hakvoort, waardoor Nel Verbree en Agnes schoonzusters zijn! Morgen, maandag 5 oktober, gaan we terug naar Rio. Nemen dan afscheid van Ko, die ’s avonds laat weer terug vliegt naar Nederland.
Gelukkig ben ik nu weer bij met mijn verslag, al weet ik niet zeker of ik het ook snel zal kunnen publiceren omdat er op dit moment van schrijven geen internetverbinding is. Dus lieve lezers, heb geduld totdat we weer in Rio zijn. Tot de volgende keer dan maar weer……
Liefs, Patty+++

1 opmerking:

  1. Ha die Patty en Ben,

    Zo te lezen nog steeds naar jullie zin, ik heb zo moeten lachen omdat Ben twee haltes te vroeg uitstapte....
    Muito prazer au Brasil
    Muito abraco's de Angela.

    BeantwoordenVerwijderen